Dit is de laatste keer van dit seizoen dat we het monitorverslag publiceren van het wel een wee van de stinzenplanten op een aantal mooie historische terreinen. We danken alle correspondenten voor hun bijdragen en inspanningen. Elke week kregen we het verslag en mooie foto’s. Dit is de basis van de monitor. We proberen ook breder informatie te geven over stinzenplanten en hun geschiedenis en activiteiten of publicaties die hier direct of indirect mee te maken hebben. Dit was het 6e jaar dat we dit georganiseerd hebben. De monitor heeft mede als doel om interesse en aandacht voor dit cultuurhistorisch fenomeen te vergroten. Stinzenplanten zijn de echte vroegbloeiers en zodra de bomen beginnen uit te lopen nemen andere soorten planten het stokje over. Stinzenplanten verlengen het seizoen van groei en bloei en passen in het verlangen naar ‘De eeuwig durende lente’.
Wit hoefblad | Gevlekt longkruid | Knikkende vogelmelk | Gele anemoon | Wilde hyacint | Gevlekte aronskelk | Daslook | Haarlems klokkenspel | Dichtersnarcis | Gewone vogelmelk | Italiaanse aronskelk | Adderwortel | ||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Dekema State | |||||||||||||||
Hackfort | |||||||||||||||
Jongemastate | |||||||||||||||
Martenastate | |||||||||||||||
Martenatuin | |||||||||||||||
Philippusfenne | |||||||||||||||
Schierstins | |||||||||||||||
St. Vituskerk | |||||||||||||||
Stinze Stiens |
Bloei: begin volop afnemend
Aanwezig: hier en daar regelmatig massaal
Stinzenflora-monitor Kalender 2020 week 19. Scroll horizontaal om alle planten te zien. Meer weten over een terrein of stinzenplant? Klik op de naam in de tabel.
Momenteel en komende week is het hoogtepunt van de bloei van het Haarlems klokkenspel. We kregen van onze ‘gastcorrespondent’ en kweker van Haarlems klokkenspel Edwin Visser prachtige foto’s van het Haarlems klokkenspel op Beeckestein. Dit is een buitenplaats bij de Kennemerduinen.
Het huis is als Museumhuis/verdieping in bezit van Hendrick de Keyser, terwijl het terrein eigendom is van Natuurmonumenten. De brede Lindelaan met meerdere rijen bomen ziet momenteel wit van het Haarlems klokkenspel. Zover ons bekend is dit de rijkste vindplek van deze bijzondere stinzenplant met zijn boeiende historie: meer weten, klik hier. In Friesland is het knotlindenlaantje op Martenastate een van de mooiste vindplekken.
De Schierstins meldt dat Het Haarlems klokkenspel zich aardig uitbreidt.

Haarlems klokkenspel bij Stinze Stiens, vorig jaar geplant met dank een Edwin Visser: http://haarlemsklokkenspel.nl .
Ook Stinze Stiens heeft voor het eerst enkele plantjes van het Haarlems klokkenspel, met dank aan Edwin Visser.
In de berm van de zeer oude knotlindenlaan bij Harsta State bloeien nu ook veel van deze fraaie planten, maar niet zo massaal als bij Beeckestein. Wat zou het mooi zijn als de vegetatie daar net zo uitbundig zou worden als op Beeckestein. Het potentieel is zeker aanwezig.
Naast het wit van het klokkenspel gaan de witte sterretjes van de Gewone vogelmelk schitteren als de zon er op schijnt.
Op verschillende plekken bloeit ook de Knikkende vogelmelk. Wanneer deze nu bloeit is het een recente aanplant en mogelijk een andere variant van de Knikkende vogelmelk die van oudsher op historische terreinen voorkomt en veel eerder bloeit. Meer info, klik hier.
Ook het wit van bloeiende Daslook is nog te bewonderen. De groei en bloei van planten is een weerspiegeling van de bodem waarin de planten groeien. Hoe rijker de grond des te meer en groter worden de Daslook planten. Een schralere grond geeft veel kleinere planten. Ze houden dus van rijke wat vochtige grond in de halfschaduw net als Zevenblad, Kleefkruid, Brandnetel en Italiaanse aronskelk.

Fleurige bloei van Dagkoekoeksbloem, Paardenbloemen en Fluitenkruid in de singel aan de buitenzijde van park Jongemastate.
Ook is er nu het wit van het Fluitenkruid, een plant die nu beeldbepalend kan worden op verschillende plekken. Al dit wit contrasteert mooi met het zachte rood/roze van de Dagkoekoeksbloem.

De ‘puntmutsen’, beginnende bloei, van de Italiaans aronskelk links van het pad met Wilde hyacint, en rechts Gewone vogelmelk met Dagkoekoeksbloem op de achtergrond bij Stinze Stiens.
De Wilde hyacint is meestal blauw en begint nu uit te bloeien. Philippusfenne neemt waar dat het aantal roze en wit bloeiende exemplaren de laatste jaren bij hen toeneemt en dat de planten van kleur veranderen. Bij Stinze Stiens nemen de Wilde hyacinten duidelijk toe op het terrein en lijken er ook meer roze exemplaren te komen, hoewel het blauw gelukkig nog sterk in de meerderheid is. De Italiaanse aronskelk begint te bloeien evenals de Adderwortel die als laatste van de stinzenplanten in bloei komt.
Behalve het geel van Paardenbloemen, die beginnen uit te bloeien is er nog het geel van twee soorten voorjaarszonnebloem of Doronicum, de Hartbladzonnebloem (Doronicum pardalianches) en de Weegbreezonnebloem (Doronicum plantagineum). De Weegbreezonnebloem komt wat eerder in bloei dan de Hartbladzonnebloem. Met name de Hartbladzonnebloem kan zich als de omstandigheden geschikt zijn snel uitbreiden.

Weegbreezonnebloem (Doronicum plantagineum), wandelbos Groenendaal zuid, Heemstede. Foto: Edwin Visser.
Edwin Visser stuurde een mooi voorbeelden van massaal bloeiende Weegbreezonnebloemen uit de regio Kennemerland.
Het zaad van de Winterakoniet is al een tijdje rijp en veelal op de grond gevallen. Ook worden de mooie zwarte zaadjes van de Holwortel nu rijp. Deze zaadjes hebben een voedzaam wit ‘aanhangsel’, dat mierenbroodje wordt genoemd. In week 10 van der monitor vertelden we er over. De mieren zijn dol op deze voedselbron en verslepen de zaden richting nest. Onder de klinkers van het terrasje bij Stinze Stiens hebben mieren hun nest en we zien nu veel gitzwarte glimmende zaadjes op het terras liggen die de mieren hiernaartoe hebben gesleept. De zaadjes zijn al ontdaan van het voedselrijke ‘broodje’. In de nieuwe Basisgids Stinzenplanten (zie info hieronder bij Nieuws) is duidelijk met een pictogram aangegeven of een soort beschikt over mierenbroodjes of niet. Het zaad van de Winterakoniet bijvoorbeeld heeft geen mierenbroodje.
De zaden van de Bostulp zijn nog niet rijp, maar de zaaddozen staan nu fier boven de overige vegetatie. Door laat te maaien kunnen de bollen de noodzakelijke nieuwe energie opdoen voor het volgend seizoen en krijgen de zaden de kans rijp te worden en te zorgen voor vermeerdering van de soort. De stinzenplanten trekken zich nu geleidelijk allemaal terug onder de grond.
Historische terreinen met stinzenplanten lenen zich ook goed voor een meer ecologisch beheer waarbij het niet alleen gaat om de mooie plantjes maar ook om en grotere rijkdom aan vlinders, bijen, hommels, vogels, kortom om het optimaliseren van de biodiversiteit. Hoe beter dat lukt, des te meer valt er ook te ontdekken voor de bezoeker van de terreinen. Bij rondleidingen kan hier ook op gewezen worden.
Met een ‘tút’ voor alle correspondenten en enthousiaste eigenaren/beheerders-supporters, en voor alle trouwe volgers nemen we afscheid met deze Meizoentjes van Stiens Stiens.
ACTIVITEITEN
Vanwege het Corona virus hebben de deelnemers aan de Stinzenflora-monitor ieder een eigen beleid met betrekking tot toegankelijkheid, rondleidingen en activiteiten.
Je wordt geadviseerd de websites van de deelnemers te raadplegen.
De rubriek activiteiten binnen- en buitenland van de Stinzenflora-monitor laten wij ook om die reden voor dit seizoen vanaf heden vervallen.
Gegevens: zie TERREINEN.
NIEUWS
Op initiatief van It Fryske Gea en Stichting Martenastate is op 23 april een geactualiseerde en uitgebreide versie van het boek Stinzenplanten in Fryslân uitgekomen bij Uitgeverij Noordboek Natuur, Gorredijk, (ISBN 978 90 5615 622 0) nu met de ondertitel: een voorjaarsfeest in het historisch groen. De 1e editie, op initiatief van Landschapsbeheer Friesland, kwam uit in 2008.
Het boek begint met een artikel van Rita Mulder-Radetzky over de ‘Tuinkunst in Fryslân door de eeuwen heen’. Willem van Riemsdijk/Trudy van Riemsdijk-Zandee belichten in een nieuw rijk geïllustreerd artikel de boeiende geschiedenis van de stinzenplanten. Wim Baas besteedt aandacht aan de ‘Stinzenplanten en hun biotoop’. Aad van den Burg (red.) redigeerde de hoofdstukken over de stinzenplanten en de overige planten in het stinzenmilieu. De vindplaatsen zijn onder het motto ‘Fjildûntdekke’ in kaart gebracht door Stefien Smeding (IFG, red.) samen met Willem en Trudy van Riemsdijk. Stefien besteedt ook aandacht aan de verschillende bodemtypen en de Stinzenflora-monitor wordt door Trudy en Willem toegelicht. Het beheer van stinzenplanten krijgt ruim aandacht in een hoofdstuk van Wim Hoogendam/Hein Koningen. Stinzenplantenkenner Heilien Tonckens (red.) kijkt in een nieuw hoofdstuk naar de toekomst: ‘Stinzenplanten in de 21ste eeuw’. Het foto- en beeldmateriaal is voor het merendeel vernieuwd en van hoge kwaliteit. Het is een leerzaam en interessant hand- en kijkboek voor iedereen, die zich voor stinzenflora interesseert of die als vrijwilliger zich met stinzenplanten bezighoudt. In het boek wordt ook het werk van de bekende stinzenflora-pionier D.T.E. van der Ploeg nader belicht met aardige illustraties van zijn tekeningen. Henk Buith (red.), bestuurslid van de Stichting Martenastate en initiatiefnemer van deze editie, ploegde niet voor niets het Van der Ploeg-archief bij Tresoar door. Hij mag samen met It Fryske Gea met recht trots zijn op dit fraai uitgegeven boekwerk.
In Tresoar in Leeuwarden, het informatie- en documentatiecentrum voor de geschiedenis van Fryslân, wordt op dit moment een tentoonstelling ingericht met de titel Friese schatten in het groen / Fryske skatten yn it grien met als ondertitel staten en stinzenflora in Fryslân. Aanvullende informatie over de opening volgt op een later moment.
Het boekje Dwalen door betoverend heemgroen is opnieuw uitgegeven. De uitgave bevat een beschrijving van de ongekende en unieke schoonheid van de Amstelveense heemparken. Het heemparkenteam actualiseerde de tekst en auteur en tuin- en landschapsontwerper Carien van Boxtel schreef een nieuw hoofdstuk over de bijzondere voorjaarsbol- en knolgewassen in de heemparken. Een enkele opmerking: de huidige cultivars van de tulp stammen af van tulpen uit Turkije maar de Bostulp komt van nature voor in Italië en Spanje en is via De Lobel vrijwel zeker voor het eerst naar de ‘Nederlanden’ gebracht (info zie hier). Carien van Boxtel in tijdschrift De Tuin in vier seizoenen: “Het is geweldig dat het heemparkteam kennis kan overdragen via het boekje. Voor mij is het een persoonlijke gids en inspiratiebron. Ik ben bijzonder trots dat het gelukt is om Dwalen door betoverend heemgroen opnieuw uit te geven.” Het boekje (ISBN 9789460222726) beschrijft een wandeling door de parken. Het is –ook in het Engels The enchanted heemparks of Amstelveen– te verkrijgen via de site van LM Publishers of erkende boekhandels. Het bevat een volledige soortenlijst in Latijn, Engels en Nederlands en prachtige foto’s.
It Fryske Gea heeft een mooi jubileumnummer uitgegeven ter gelegenheid van het 90-jarig bestaan: ‘Lang leve de Friese natuur, al 90 jaar zorg voor onze natuur’. In dit zeer lezenswaardige magazine wordt Stefien Smeding, medewerker Cultuurhistorie en Erfgoed van It Fryske Gea, geïnterviewd over de stinzenplanten: ‘Uitbundige bloemenpracht zorgt voor lentekriebels’ met daarbij een aantal ‘Stinzenweetjes’. De tekst op pp. 12 en 13 is geïllustreerd met fraaie foto’s. It Fryske Gea heeft een aantal terreinen met stinzenplanten in bezit. De belangrijkste zijn Jongemastate in Raerd en het Van Coehoornbos in Wyckel, en sinds 2000 beheert IFG Park Martenastate voor Stichting Martenastate. Dit laatste is een van de vijf toplocaties in Nederland voor stinzenplanten volgens FLORON (Floristisch Onderzoek Nederland).

Luc en Mattie wandelend tijdens Tv-uitzending BinnensteBuiten (kro/ncrv,) 25 maart 2020) in hun parktuin Philippusfenne. Schermafbeelding.
Op 25 maart werd in werd in BinnensteBuiten (KRO.NCRV), 18.45 u. NPO2 aandacht besteed aan Buitenplaats Philippusfenne, het statige voormalige notarishuis met de prachtige tuin die vooral bijzonder is vanwege de stinzenplanten. Philippusfenne is een van de vijf landelijke stinzenflorahotspots van Nederland volgens FLORON. Eigenaren Mattie en Luuk wonen er na ruim 40 jaar nog steeds met veel plezier en genieten van al het moois in hun tuin. Nou ja van bijna alles, want van één stinzenplant heeft Mattie spijt als haren op haar hoofd dat ze het geplant heeft… Terugkijken? Klik hier.
De KNNV Uitgeverij heeft op 14 februari de Basisgids Stinzenplanten gepresenteerd, een ‘boek voor in de binnenzak’ in aansluiting op de eerder uitgebrachte gelijknamige app (gratis te downloaden alleen voor Android, ISBN 978 90 5011 710 4). ‘Welke soorten tot de stinzenplanten behoren is geen vast gegeven. De lijst van stinzenplanten is voortdurend in ontwikkeling geweest’, zo wordt verteld in de inleiding. De gids kiest voor 120 soorten. De gids wil een bijdrage leveren aan het behoud en waardering van dit waardevolle culturele erfgoed. Nadruk ligt op de fraaie en gedetailleerde kleurenfoto’s, aangevuld met duidelijke beschrijvingen over onder andere grootte en bloeitijd.
Af en toe wordt er wat vermeld over het tijdstip van introductie van deze planten in Nederland, zonder bronvermelding. Helaas is deze beperkte informatie soms onjuist. Bij het Haarlems klokkenspel, een van de iconen van de stinzenplanten, wordt gemeld dat de plant al gekweekt zou zijn in 1594. Recent is er juist meer bekend geworden over de interessante geschiedenis van deze plant. Het is dit jaar 300 jaar geleden dat de plant in 1720 door Boerhaave voor het eerst werd beschreven. Klik hier voor artikel hierover in de rubriek ‘Geschiedenis’ op de Stinzenflora-monitor.
FLORON heeft een Engelstalige samenvatting van de Botanische hotspots in boekvorm uitgegeven, waarin ook de 2 hotspots ‘stinzenbos’ in Friesland, Martenastate en Philippusfenne, zijn opgenomen: L.B. Sparrius, D.D. van der Hak, Important Plant Areas. Botanica hotspots in The Netherlands, 2019. De online interactieve versie is te vinden op de website ‘verspreidingsatlas’, soortgroep/biotoop ‘vaatplanten/stinzenbossen’. Klik hier.
Het Lentenummer van het tijdschrift OASE is geheel gewijd aan ‘Stinzenplanten en Voorjaarsbloeiers’. Interessante wetenswaardigheden over Stinzenplanten als historische begroeiing, het Haarlems klokkenspel , de diversiteit van Sneeuwklokjes, het beheer van stinzenplanten en over zelf aan de slag gaan met verwilderingsgbollen. Veel media besteden aandacht aan stinzenplanten, ook de vakbladen zoals Tuin en Landschap waarin Heilien Tonckens als ‘Groen Gast’ enthousiast vertelt zoals we van haar gewend zijn.